Het kalksteenmassief van het Brilon plateau wordt doorkruist door vele spleten. De neerslag sijpelt erin en loopt dan ondergronds weg. Hierdoor zijn er slechts enkele licht verzonken valleien ontstaan, die bijna altijd droog zijn. Er zijn geen permanent stromende wateren.
Dat komt omdat zodra de beken uit de omliggende bergen het plateau van Brilon bereiken, ze plotseling verdwijnen. De zwaluwen of beeklopen, waarvan sommige 10 meter in het plateau zijn weggezakt, zijn bijna overal precies te lokaliseren. De zakkende beken hebben dalkoppen gevormd bij de slikgaten, die vaak de vorm hebben van stroomopwaarts gelegen open amfitheaters. Bij hevige regenval of wanneer de sneeuw smelt, kunnen ze het water soms niet vasthouden en ontstaat er stuwing. Er vormen zich dan kleine meertjes voor korte tijd.