Kalksteen, dat wordt gekenmerkt door zijn grote hardheid, werd hier 140 jaar geleden voor het eerst gedolven in de groeve Drewer voor de aanleg van wegen.
Na reiniging en ontginning werd de groeve in 1997 onder natuurbescherming geplaatst en afgesloten met een massieve poort. Deze maatregel dient voor het behoud van levensgemeenschappen of biotopen van bepaalde wilde dier- en plantensoorten, met name rotsbroedende vogelsoorten, vleermuizen en amfibieën en planten- en dierengemeenschappen van semi-aride grasland. Vandaag de dag is de groeve van Drewer een levendig voorbeeld van de renaturalisatie van een voormalige groeve door natuurlijke successie. De natuur heeft de locatie teruggewonnen.